Zaterdag was een feestelijke dag. We waren uitgenodigd voor twee feestjes. Het is fijn om te bemerken dat mijn alter-ego lekker wordt opgepikt, ik werd bij beide feestjes vaker begroet met ‘hé ploetervrouw’ dan met mijn geboortenaam. Dat deed de ploetervrouw deugd, geeft me toch het gevoel dat ik niet voor alleen Jan met die hele korte achternaam zit te typen. Ben wel zo’n ijdeltuit dat ik toch erkenning zoek voor mijn ‘noeste’ arbeid. Bij een andere festiviteit een paar maanden geleden nam iemand mij serieus terzijde om in alle ernst te vragen waarom ik mijn website de ploetervrouw noemde, dat was zo negatief en ik was toch zo’n leuke vrouw, ploetervrouw dat kwam zo tobbend over.
Feest één was bij gezin A te L, de kinderen van het gezin hadden de respectabele leeftijden van 19 en 16 bereikt en daar moest natuurlijk op gedronken worden. Moeder P en vader J vormen een gezellig feestsetje, na de vorming van gezin A is via natuurlijke weg een heldere verdeling der (feest)taken ontstaan. Vader J geniet het meest als hij de pollepel ter hand kan nemen om de inwendige mens te verblijden met lekkere happen, en moeder P investeert veel tijd in gezelligheidssfeeroptimalisatie. Als ik hun stulp bezoek is er minimaal één muur opnieuw gesausd. Een bezoek bij de ploetervrouw verloopt zonder verassingseffect, als de meubels eenmaal zijn gesitueerd blijven ze een decennium op exact dezelfde plek staan, muren worden pas gesausd als de oorspronkelijke kleur niet meer definieerbaar is.
Voor de volgende festiviteit trokken we verder naar het zuiden, nicht S vierde haar 40ste verjaardag. Het leven van S heeft zeventien jaar geleden door een noodlottig auto-ongeluk een tragische wending ondergaan. Van de een op de andere dag veranderde ze van een jonge sportieve vrouw die stond te trappelen om met het volwassen leven te beginnen in een vrouw met een hoge dwarslaesie. Wat ze meemaakt is voor geen mens te bevatten, de zwaarte van haar handicap en de gevolgen daarvan zouden reden genoeg zijn om het bijltje erbij neer te gooien. Maar dat doet ze niet i.p.v. daarvan toont ze haar enorme kracht en levenslust door verder te gaan en zoveel mogelijk uit het leven te halen. Ik denk vaak aan haar, als ik eens een rotdag of een depressieve gedachte heb verfoei ik mezelf, geen enkele reden voor gezeur denk ik dan, S die heeft pas reden tot gezeur. Het feest was super, S zag er fantastisch uit, ze straalde en genoot en iedereen genoot met haar mee.
Na het feest boden we nicht A die vlak bij ons in de buurt woont een lift naar huis aan. A is het type die doorgaans veel levendigheid met zich meebrengt maar gaandeweg de route verflauwde het geluid achter mij. Toen ik achteruit keek om te checken of het wel goed ging op de achterbank zag ik een bleek weggetrokken gezichtje. Ze zag eruit of ze heel snel afscheid zou gaan nemen van haar maaginhoud. Ik ben gewend aan kotsers op de achterbank (twee wagenzieke kinderen) dus in de voorklep van de auto liggen standaard plastic zakjes. ‘Oh wat goed’, piepte A bleekjes, ‘Sorry, sorry, oh ik voel me net zestien, wat errug!’ ze bracht de plastic zak naar haar mond en gaf zich de volgende anderhalf uur over aan de ellendige staat waarin ze verkeerde. Eenmaal bij haar woning gearriveerd stond ze zo zwakjes op haar benen dat ze niet de indruk wekte dat ze heelhuids de tocht naar haar appartement boven zou gaan redden. Het leek me verstandig haar netjes naar haar woning te escorteren. De volgende dag appte ze dat ze een eitje aan het bakken was en dat ze wel een harstikke leuk feest had gehad en lekker had gedanst!
Wil je weten wie de ploetervrouw is? Lees dan Wie en waarom
gezelligheidssfeeroptimalisatie Geweldig!!!!
Staat dat in de dikke van D?
Als het aan mij ligt wel!?